Het coöperatieve mengvoederbedrijf Vitelia Voeders, met vestigingen in Ysselsteyn, Oirlo en Wanssum, nam recent een Scania G450 4×2 trekker met een hoog dak in gebruik. Het is alweer de vijfde Scania en een zesde is op komst. Dit was de eerste truck in de nieuwe huisstijl ter ere van het 100-jarig bestaan van Coöperatie Vitelia.
Vitelia kiest voor Scania omdat volgens wagenparkbeheerder Peter Potten de betrouwbaarheid positief afsteekt ten opzichte van de andere merken in de vloot. Daarnaast roemen de chauffeurs het goede zicht en de ruime cabine.
100-jarig bestaan
Vitelia Voeders heeft een oorsprong die zo’n 100 jaar teruggaat. In de loop der tijd is de structuur en de naam wel een paar keer veranderd, maar in de basis is het bedrijf nog steeds een coöperatieve organisatie die voeder produceert voor de kippen, varkens en koeien van de leden in Nederland, België en een stukje Duitsland. Binnen de gehele diervoedersector, behoort Vitelia Voeders, met een jaarafzet van 460.000 ton, tot de middelgrote bedrijven. Er werken ca. 50 mensen verdeeld over twee productiefaciliteiten, een op- en overslaglokatie en de transportafdeling. Daarnaast zijn ca. 30 personen werkzaam voor nutritie en in- en verkoop.
Transportbewegingen
“Met 15 eigen trucks en één vaste charter werkt een belangrijk deel van onze mensen in de just-in-time distributie van onze producten en de aanvoer van de grondstoffen. Van de voertuigen trekken er 13 een bulkoplegger met 10 compartimenten om het voer af te leveren en twee trucks trekken een kipoplegger waarmee grondstoffen van onze eigen opslag in Wanssum naar de fabrieken gereden wordt. Dat wordt daar aangeleverd vanuit binnenvaartschepen. Het leeuwendeel van onze grondstoffen komt uit Europa, een klein deel, zoals sojaproducten, komt uit Zuid- en Noord-Amerika”, geeft Peter in helicopterview een beeld van de dagelijkse transportbewegingen binnen het bedrijf.
“In feite zijn onze trucks een rollend magazijn en daarmee een belangrijk deel van onze opslagcapaciteit. Zozeer zelfs, dat de trucks ’s nachts al worden voorgeladen voor de volgende dag zodat de fabriek kan blijven draaien. We hebben ook een deel van de trucks in een dubbele shift rijden. In totaal vervoeren wij jaarlijks ruim 450.000 ton voeders en grondstoffen. Daar hebben we zo’n 14.000 ritten voor nodig.”
PTO-uren
Die werkwijze waarbij de truck een geïntegreerd onderdeel van de totale productie is, vraagt veel van de betrouwbaarheid. “Uptime is enorm belangrijk voor ons. Ongeplande stilstand zorgt niet alleen voor een te late aflevering, maar veel meer nog voor extra uitdagingen binnen het hele productieproces. Daarbij kun je niet overal a la minute een truck met een compressor huren die ook nog weer de juiste koppelingen heeft enzovoort. Dus het beste is, dat de auto’s inzetbaar blijven”, vertelt Peter.
Op het onderdeel inzetbaarheid scoort Scania heel goed. “De belasting van onze trucks zit misschien wel meer in het grote aantal PTO-uren dan in de kilometers. Want bij ons gaan de trucks er na een jaar of acht weer uit en dan staat de teller doorgaans pas ergens in de 600.000 kilometer. Met zoveel PTO-uren vonden wij het tot voor kort nooit gek dat er wel eens een truck stuk ging. Maar nu wij wat langer met Scania rijden, merken wij dat de SCR-only 450 motor veel minder storing geeft én ook nog eens zuiniger loopt op de PTO.”
Positieve ervaring
Door al deze positieve ervaringen raakt Peter steeds meer overtuigd van de goede TCO van Scania. “Het merk heeft voor ons bedrijf echt meerwaarde. Nu is iets meer dan een derde van onze vloot een Scania. Daarnaast zijn ook de chauffeurs zeer te spreken over de auto. Ze vinden de G-cabine, die wij met een hoog dak kopen lekker ruim. Ook vinden ze de afmeting van de cabine in perfecte balans met zaken als de instap, het zicht rondom en de spiegelbezetting.”
De zesde Scania G450 moet in februari gaan rijden. “Die is bedoeld voor het transport van grondstoffen. Dat wordt een 6×2 met een 4,5tons midliftas. Dan kunnen we zonder overbelasting van de trekas in combinatie met onze nieuwe trailer met 35 ton product te rijden.”