Een nieuw hoofdstuk in de reeks rechtszaken die vanwege kartelvorming is aangespannen tegen de truckfabrikanten DAF, Scania, Volvo (en Renault), MAN, Daimler en Iveco.
De truckfabrikanten vormden tussen 1997 en 2011 een kartel om onderling prijsafspraken te maken. Prijsafspraken hebben een prijsopdrijvend effect, verstoren concurrentie en vrijemarktwerking en zijn om die reden verboden. In 2016 zijn zij daarvoor door de Europese Commissie beboet met een bedrag van 3,7 miljard euro.
Transporteurs uit Nederland, Duitsland, Frankrijk, België, Luxemburg, Zwitserland en Hongarije zijn naar de rechter gestapt om een schadevergoeding te eisen. De transporteurs zeggen voor minimaal 7,5 miljard euro te zijn benadeeld door de truckfabrikanten. Volgens de eisers hebben de transporteurs door de prijsafspraken 15% tot 33% per vrachtwagen te veel betaald. De rechtbank van Amsterdam heeft de bezwaren van de truckfabrikanten van tafel geveegd en geoordeeld dat de illegale prijsafspraken wel degelijk tot schade voor transportbedrijven heeft geleid. Daarmee ligt de weg naar schadeclaims open voor de transporteurs.
De volledige uitspraak van de Rechtbank van Amsterdam vind je hier.
Foto ter illustratie