De Iveco Strator is echt iets bijzonders. Tot nu toe zijn er zestien van gemaakt en één ervan voelen we deze maand aan de tand. Tot onze verbazing komen we er tijdens de test nóg twee tegen.
Op de snelweg passeert ons de vrolijk met zijn lichten knipperende zwarte trekker van Arts en later, in de buurt van Helmond, rijden we een van de twee Strators van Martens tegemoet. Dit bewijst in ieder geval hoezeer je opvalt met zo’n neuzige Iveco en overal waar we parkeren, trekt hij dan ook volop de aandacht. Op de parking in Asten moeten we zelfs een aantal enthousiaste Griekse chauffeurs uit de cabine plukken. Ze zitten overal aan en willen alles weten van deze bijzondere auto. Maar niet alleen de buitenlanders tonen een levendige belangstelling: ook de Nederlandse chauffeurs nemen maar wat graag een kijkje in deze Iveco. Een eigenrijder toont zelfs uiterst serieuze interesse. Hij rijdt nu met een DAF XF105 maar daar zijn er al zoveel van, zegt hij. ,,Dit is tenminste iets bijzonders.’’
Ombouw
De Strator is in zoverre een originele Iveco dat hij als Stralis uit de fabriek komt. Iveco-dealer Charles Feijts Groep (CFG) in Born bouwt hem vervolgens om tot Strator. De inspiratie deed hij op in Australië, waar Iveco de Powerstar torpedo levert. Bij CFG realiseerde men zich dat er door het wegvallen van de torpedo’s van Scania en Volvo een gat in de markt ontstaan is. Simpelweg importeren van Australische Iveco’s was ondoenlijk vanwege de afwijkende technische eisen in Europa en daarom ging CFG zelf aan de slag. Het is veel werk om een Strator van een Stralis te maken maar alles gebeurt in eigen huis. Bij de ombouw worden onder meer het chassis verlengd en de cabine naar achteren verplaatst. Vanwege de grotere wielbasis monteert CFG halverwege het chassis een tussenlager als ondersteuning van de cardanas. Andere aanpassingen betreffen het stuurhuis en vervanging van het luchtfilter door een Australisch exemplaar. Als vervolgens de neus, bumper en de passtukken tussen neus en cabine op hun plaats zitten, staat er pas een echte Strator. Dankzij het gebruik van kunststof plaatwerk is de Strator slechts 200 kilo zwaarder dan een gewone Stralis. Bij de auto uit de test komt daar nog tachtig kilo bij voor de zijskirts en de dichte tranenplaat op het chassis. Toch is deze torpedo nog lichter dan menige frontstuurtruck. Overigens kun je hem bestellen met alle cabinevarianten van Iveco en met keuze uit diverse asconfiguraties, waaronder 6×4, 8×4 en 8×2, en een handgeschakelde of AsTronic versnellingsbak.
Lengte
Tijdens de ombouw wordt het chassis van de standaard Stralis trekker met 130 verlengd en groeit de wielbasis tot een indrukwekkende 514 centimeter. Met een 13,60 meter lange oplegger, zoals onze Pacton, ben je vanwege de totale lengte onmiddellijk in overtreding. Voor deze test hebben we de gok maar genomen en onderweg valt op dat torpedorijders van andere merken hetzelfde trucje uithalen. Het is en blijft echter een risico. Evengoed zijn er tientallen toepassingen waarbij een Strator wel binnen de wettelijke lengte van 16,50 meter blijft. Denk maar eens aan opleggers voor kippervervoer, glastransport, tank- en bulkwagens en zeecontainers tot veertig voet. De Strator maakt volgens ons bij die groep best een kans, vooral bij de eigenrijders. De grotere lengte van de Strator maakt natuurlijk wel dat je wat meer ruimte nodig hebt bij het manoeuvreren maar dat went snel. Opletten is het vooral met achteruit rijden. Omdat je achter de vooras zit in plaats van er op, voelt dat toch anders aan. Zelf pleiten we voor bumperstokken op de hoeken, dan zie je waar de neus ophoudt. Maar misschien vormen twee gecombineerde dodehoekcamera’s ook een passende oplossing.
Cursor 10
Hoewel de Strator de trekken heeft van een traditionele torpedo, voldoet hij aan de strengste milieunormen: hij is namelijk voorzien van een Cursor 10 motor in Euro 5 EEV uitvoering. Daarmee mag je iedere milieuzone in en val je in Duitsland binnen het laagste Mauttarief. Wij rijden met de 450 pk-uitvoering van deze motor en die heeft voldoende vermogen voor het gemiddelde Europese werk. Dankzij een turbo met variabele geometrie levert de kleine zescilinder opvallend grote prestaties. De motor pakt mooi op bij lage toerentallen en trekt als de spreekwoordelijke lier. Achter deze krachtbron is een AsTronic schakelautomaat gemonteerd en die is standaard voor de Strator. Je bedient deze bak met schakelaars op het dashboard. Duidelijk zijn ze zeker, maar mooi is anders. Op- en terugschakelen gaat met een hendel aan rechterkant van de stuurkolom. Die hendel dient ook voor de bediening van motorrem, retarder en cruise control. Een puntje van aandacht is de plek van de AdBlue tank: die zit bijna onder de cabine. De vulpijp is daardoor moeilijk bereikbaar en het tanken van AdBlue verloopt moeizaam. We hebben CFG erop gewezen en men heeft beloofd er aandacht aan besteden. Naast de Cursor 10 Euro 5-motor met 450 pk van onze testauto, kun je ook kiezen uit een Cursor 10 met 420 pk en de Cursor 13 met 500 of 560 pk.
Rijden
De cabine van de Strator bereik je gemakkelijk via drie treden recht onder de deur. Eenmaal binnen waan je jezelf in een Stralis; alleen de prominente neus voor de voorruit zorgt voor het Strator-gevoel. De motortunnel is ongewijzigd. Tegen een meerprijs kan die er wel uit, maar dat is een nogal ingrijpende en dus dure grap. Hoe laag hij ook is, het doet natuurlijk wel een beetje vreemd aan – een motortunnel in een torpedo. Voor de ruimte maakt het niet uit, die is meer dan voldoende in de Active Space-cabine. Tijdens het rijden valt op hoe stil het is in de cabine. De beleving is al heel anders doordat de motor voor de cabine zit in plaats van eronder, maar de decibelmeter bevestigt het gevoel en laat keurige lage waarden zien. De losse trekker is wat gevoelig voor spoorvorming maar zodra de trailer er achter hangt, is dat over. Dankzij de lange wielbasis is van het bekende korte knikken van een normale frontstuurtrekker geen sprake; wel is het geheel wat stugger afgeveerd. Je hebt voor je gevoel een directer contact met de weg dan in zo’n zwevend opgehangen frontstuurcabine en daar is, wat ons betreft, niks mis mee. De Strator-cabine staat overigens wel op luchtvering maar het geheel voelt compleet anders aan dan bij de Stralis. Dat Iveco denkt dat een chauffeur liefst in het bovenbed ligt, blijkt daaruit dat het bedieningspaneeltje bovenin gemonteerd is en dan ook nog bij het voeteneinde. We hebben daar al eerder op gewezen. Met dat bovenbed is niks mis, maar plaats dat paneeltje dan in het midden. Misschien een tip voor CFG?
Pittig
Tijdens de testrit blijkt dat de Cursor 10 beslist geen kleintje is op het gebied van prestaties. Op de testhelling bij Verviers haalt een doorsnee truck met onze testoplegger een snelheid die tien procent van zijn vermogen is. In dit geval, met de 450 pk, zou dat 45 km/u moeten zijn, maar de Strator rijdt dik 46 en legt de gemeten afstand af 1 minuut 34,7 seconden. Dat lijkt een klein verschil, maar gezien de lange achterasoverbrenging van 1:264 in combinatie met 80-serie achterbanden, is dat geen geringe prestatie. De automaat pakt tussen de 1.300 en 1.700 toeren zonder schokken mooi op. De variabele turbo doet zijn werk al vanaf 1.000 toeren en dat merk je. Voor wie dagelijks met veertig ton de Ardennen door moet, is een iets kortere achteras overigens wel aan te raden. Vooral op lang vals plat heeft de AsTronic nu de neiging veelvuldig op- en terug te schakelen doordat de motor erg laag zijn toeren draait. De ASTronic blijft bijregelen en dat leidt natuurlijk wel tot een mooi laag verbruik en veel rust in de cabine, maar voor zwaar werk heeft een iets kortere overbrenging onze voorkeur.
Conclusie
Eén ding is zeker, de Cursor 10-motor in deze Stralis maakt indruk. Het is een standaard productiemodel en geen geprepareerde testwagen, maar toch zijn de resultaten bijzonder goed. Vooral de trekkracht is indrukwekkend, ook met deze lange achterasoverbrenging. Daarbij noteren we ook nog eens een keurig verbruik. En voor wat betreft de kansen voor de Strator? Wel, wij zijn duidelijk fans van de enige torpedo die je in Europa nog kunt kopen. Wat ons betreft zet CFG met deze truck een vlaggenschip zonder weerga neer.
Iep van der Meer:
Prachtig initiatief
Ik blijf het een prachtig initiatief vinden van CFG: torpedo’s bouwen omdat de klant daar om vraagt. Met een Strator heb je alle Europese Euro 5 techniek, zelfs op EEV-niveau, onder een fraai gelijnde motorkap. Als je werk hebt dat een lange trekker toelaat, zou ik de aanschaf van een Strator zeker overwegen.
Peter Zadelaar:
Oertruck
Iedereen heeft diep in zijn hart wel een zwak voor de torpedo. Het is de oertruck. CFG heeft een bijzonder fraai gevormde torpedo op de weg gebracht en dat getuigt van durf, zeker nu ook de Zweden van dit concept zijn afgestapt. De Iveco Strator rijdt beter dan welke frontstuurtruck ook en levert een grote bijdrage aan de beeldvorming rond het merk Iveco.