Volvo begon precies een jaar geleden met het fieldtesten van trucks die op DME lopen.
DME staat voor Di-Methyl-Ether, een brandstof die wordt gemaakt uit het zogeheten ‘black liquor’, een restproduct van de papierpulp-productie. Daarmee is het gebruik van DME als brandstof praktisch CO2-neutraal. Nu, na een jaar blijkt dat het DME-project alle verwachtingen overtreft.
Tien testtrucks werden afgelopen herfst aan het project toegevoegd en enkele daarvan hebben nu de 100.000 kilometergrens doorbroken. Het is de eerste DME-test op grote schaal.
Boven verwachting
“De eerste evaluatie van de praktijktest laat zien dat de Bio-DME trucks zeer goed functioneren, ver boven onze verwachtingen. De technologie is betrouwbaar en het hele proces wordt gekenmerkt door energie-efficiëntie, van productie en distributie tot aan de voertuigen zelf”, zegt Per Salomonsson, Project Manager Alternatieve Brandstoffen bij Volvo.
Een bijkomend voordeel van DME is dat het volledig schoon verbrandt. Er is geen roet- of fijnstof-uitstoot en SCR- en EGR-techniek is niet nodig om aan de Euro 5-norm te voldoen. Bovendien zijn er slechts kleine aanpassingen nodig aan de standaard 13 liter-motor van Volvo. DME is namelijk een gas dat onder druk vloeibaar gemaakt is, net als LPG, en via het common rail-systeem ingespoten wordt. Overigens ligt het verbruik van DME hoger dan van diesel; dat ligt aan de energie-inhoud van DME, die iets lager is dan van diesel.
Zweedse transportbedrijven
Het DME-project duurt twee jaar en is onderdeel van Volvo’s zoektocht naar alternatieven voor diesel. De tien DME-trucks rijden voor Zweedse transportbedrijven zoals PostNord en DHL. En die zijn gelukkig met de trucks.
“Onze chauffeurs zijn zeer tevreden”, zegt Henrik Boding, Manager Milieuzaken Logistiek bij PostNord. “Volgens hen is het net zo eenvoudig om op Bio-DME te rijden als op gewone diesel. Dit is een geheel nieuwe technologie, desondanks hebben we zeer weinig technische problemen ondervonden. Bovendien zijn de trucks veel stiller met Bio-DME in de tank.”
Ook bij DHL zijn ze gelukkig: “Aangezien 98 procent van onze CO2-uitstoot afkomstig is van wegtransport, zien we een aanzienlijk potentieel in de uitstekende CO2-efficiëntie van Bio-DME”, zegt Ulf Hammarberg, Manager Milieuzaken bij DHL.
Om de tien trucks te kunnen laten rijden moest er wel een distributienetwerk en de nodige tank-infrastructuur aangelegd worden. Olie-maatschappij Preem heeft bij vier tankstations in Zweden, in Stockholm, Göteborg, Jönköping en Piteå, speciale DME-pompen neergezet en verzorgt de distributie van DME.
Truckstar was in 2011 te gast bij Volvo in Göteborg om de techniek te zien, en ook om zelf een stukje te rijden met één van de DME-FH’s.
Foto boven: Twee van de DME-testrucks: aan de buitenkant is er weinig bijzonders aan te zien.
Foto’s onder: De standaard FH13-motor vereist slechts kleine aanpassingen. – DME gaat in dit soort tanks, waar Volvo er twee van aan het chassis plaatst. – ‘Wij testen nieuwe brandstoffen.’
