Throwback: de DAF XT van A. Jansen uit Son

Trucks met een neus worden hier niet meer gemaakt. Ze rollen in ieder geval niet meer van de band in Europa. Maar A. Jansen uit Son liet voor zijn veertigjarig jubileum een DAF met neus bouwen. In deze Truckstars Throwback Thursday blikken we terug op de DAF XT van A. Jansen. Terug naar 2012.

Het is alweer acht jaar geleden dat we chauffeur Henrie Geboers spraken. Hij reed toen op een schitterende DAF NTT3300 voor A. Jansen en daar maakten we een mooie reportage van. Henrie stuurde zeven jaar lang met die DAF totdat het beestje het begaf. “Het was een oude truck en hij had al zijn vierde motor onder de kap. Een dikke 3300, opgepept tot 400 pk. Tijdens mijn vakantie ging het mis. De motor ging olie zuipen en daarna was het over. Er is toen een 2800 ingezet en ik kreeg een nieuwe XF105 met sleepas. Jammer, want ik was bijzonder gehecht aan die oude trekker. Maar
Anton Jansen zei toen al: ‘Joh, er komt wel weer eens wat aparts voor je.’ Ik wist niet zo goed wat ik me daarbij moest voorstellen, maar ach – met die XF105 was ook niets mis.”

Ontspannen en lekker veilig achter de dikke neus van de DAF XT.

Diep geheim
De jaren gingen voorbij en Henrie was dik tevreden, maar diep in zijn hart miste hij nog steeds zijn neus. “Ik was in september twaalf en een half jaar bij de zaak. Er was gebak en ik kreeg een horloge met inscriptie. Ontzettend leuk, maar het grote cadeau kwam later want tijdens het jubileumfeest van de zaak werd tot ieders verrassing deze DAF onthuld.” Anton Jansen is zelf ook een echte liefhebber van torpedotrucks. Hij heeft niet alleen de oude NTT trekker bewaard en van een andere motor voorzien, maar zelfs nog een paar NAT bakwagens in de schuur staan. Jansen had DAF-dealer De Burgh in het diepste geheim opdracht gegeven om deze truck te bouwen. “Speciaal voor het jubileum, als vlaggenschip van het bedrijf”, vertelt Henrie. “Op dat moment werd er nog niets gezegd. Pas afgelopen maandag vertelde Anton dat ik met de nieuwe neus mocht rijden. Ik sprong een gat in de lucht, want het is een geweldig ding!”

Allereerste rit
We stappen bij Henrie in de SuperSpaceCab voor zijn allereerste rit ooit met de DAF XT. Het eerste wat opvalt, is de instap, want die zit verder naar achteren dan normaal. Binnen is alles bij het oude gebleven en dat geldt ook voor de motortunnel. Bij een torpedo is zo’n tunnel overbodig, maar de verhoging in de vloer is minimaal. “Ik vind het geen enkel probleem. Sterker nog, het is eigenlijk wel handig. De bovenkasten zitten vrij hoog en ik ben maar een klein menneke, dus dat opstapje komt van pas. Maar er is nog een voordeel, want nu bleef er ruimte over om een olietank onder de cabine te bouwen. Zo is er aan het chassis meer ruimte voor de brandstoftanks.”

De eerste bestemming is Amsterdam. A. Jansen heeft hier een betoncentrale en de vracht gemalen en gesorteerd puin die we bij ons hebben, dient als grondstof voor de Legioblock betonblokken. Via de A2 gaat het naar de hoofdstad. De 460 pk sterke MX-motor doet hoorbaar zijn best om de vijftig ton totaalgewicht op snelheid te houden. Doordat de motor nu vóór de cabine staat, hoor je hem iets beter dan bij een frontstuurmodel. Maar het is eerder aangenaam dan storend, want bij zo’n stoere truck hoort een lekker stoer geluid.

Het laden doet Henrie zelf.

Henrie vindt het geweldig en bij iedere afgelegde kilometer wordt zijn glimlach breder. “Je kunt je niet voorstellen hoe blij ik met deze auto ben. Ik was vanmorgen wakker voor de wekker afliep. Net als een jochie dat niet kan wachten om met zijn nieuwe speelgoed aan de gang te gaan.” Op het losadres rijden we een grote hal binnen. Het is hier stoffig en er slaat een dun laagje neer op de lak van de DAF. Henrie maakt prompt gebruik van de gelegenheid om de truck af te spuiten op de eigen wasplaats. “Ik houd mijn spullen graag schoon, van binnen en van buiten. Sommige mensen vinden dat overdreven, maar ik zou helemaal gek worden van een smerige auto. Ik denk dat ik dat heb overgehouden aan mijn tijd als internationaal chauffeur.”

‘Terug naar de torpedo’

Tijdens het wassen loopt het halve bedrijf uit, want iedereen wil die nieuwe DAF-met-neus met eigen ogen zien. Menig mobieltje maakt klikkende geluiden en Henrie geeft maar wat graag uitleg. Met een truck die bijna net zo glimt als zijn chauffeur vervolgen we de rit. Ook onderweg trekt de unieke truck de aandacht van passerende collega’s. Draaiende nekken zijn eerder regel dan uitzondering. “Wel leuk al die aandacht, maar ik hoop dat er geen ongelukken gebeuren”, zegt Henrie. Het laden op de vliegbasis doet Henrie zelf. Met grote souplesse hanteert hij een flinke Caterpillar shovel en een mum van tijd is de ATM-kipper geladen met een vracht voor het zuiden. “Zo kan ik alleen mezelf de schuld geven als er schade ontstaat,” legt hij uit.

Overal waar de DAf XT komt, is er volop bekijks.

Rijden met de DAF XT voelt even bijzonder als vertrouwd. Qua bediening veranderde er niet veel ten opzichte van een gewone XF. Negatieve kanten aan het nieuwe vlaggenschip kan Henrie eigenlijk niet ontdekken. “Je moet bij deze auto wel iets meer corrigeren als je rechtuit rijdt, maar storen doet het niet. Waarschijnlijk komt het doordat de stuurinrichting verlengd is. En ook de banden zijn nog nieuw. Eigenlijk is het een heel vertrouwd gevoel, net alsof ik weer in de oude NTT zit – maar dan veel ruimer en stukken comfortabeler.”

Volop veercomfort
Na het laden drinken we koffie op vliegveld Valkenburg. In de directiekeet is een vergadering, maar die wordt even onderbroken want iedereen wil de truck met eigen ogen zien. In het voorjaarszonnetje wordt de DAF opnieuw uitvoerig vastgelegd door een bataljon telefoons. Henrie geniet van alle aandacht voor zijn DAF en vertelt weer honderduit over ‘zijn’ unieke neus. Na de koffie gaan we weer rijden. De combinatie is weer maximaal beladen, dus tot vijftig ton totaalgewicht. Henrie noemt de wegligging van de torpedotruck subliem: “Omdat de cabine niet luchtgeveerd is, maar op vier springveren vast staat op het chassis, is het contact met de weg een stuk beter. Toch is hij niet stug, want het tandemstel is luchtgeveerd en dat maakt veel goed. Hij veert heel comfortabel, een beetje zoals een combi. Dat komt ook doordat ik niet op de vooras zit, maar erachter. De klappen van verkeersdrempels bijvoorbeeld worden veel beter gedempt.”

Het ontwerp sluit prachtig aan bij de XF SuperSpace

We rijden nu naar het zuiden om in Helmond de lading slibresidu te lossen. Vervolgens is het tijd om terug te gaan naar de thuisbasis van A. Jansen in Nuenen. De truck moet hier nog voor een paar kleine aanpassingen de werkplaats in. “Ik moet nu steeds de hydrauliekslangen voor de kipper loskoppelen als ik ga rijden. Ze zijn nogal kort en als het tegen zit, trek ik alles stuk. Er komen daarom langere slangen op.”

Bij aankomst wacht ons een oude bekende: voor de gelegenheid heeft Jansen de oude NTT van stal gehaald. Als de twee trucks naast elkaar staan, zie je wat er is veranderd. De bejaarde NTT 300, met naar schatting vier miljoen kilometer op de teller, vormt met zijn bladgeveerde tandemstel en Spartaanse interieur een groot contrast met de moderne en comfortabele DAF XT. Toch hebben ze allebei de imposante uitstraling die bij een torpedotruck hoort.

De DAF XT is een mooi eerbetoon aan de oude NTT- en NAT-modellen.

Tekst en foto’s: Iep van der Meer